Securimed derde betaler
  • Eerste tariferingsdienst van derde-betaler voor geneesheer-specialisten en tandartsen
  • Nazicht van de verzekerbaarheid van patiënten
  • Juridische bijstand in geval van vervolging door de DGEC (Dienst voor Geneeskundige Controle van het RIZIV)
  • Opvolging van betalingen door de VI

Mol van de DGEC II

30/01/2010 by admin

Een Brusselse sociale tandarts heeft een – onaangename – verrassing beleefd, door in zijn brievenbus… een fotokopie van een « dienstopdracht » met betrekking tot hemzelf te vinden, getekend door Dr Charles VRANCKX.

Men vrage zich af waar deze inlichtingen vandaan blijven komen…

No Comments »

Rechter DE TANDT in verdenking voor valsheid in geschriften

30/01/2010 by admin

Het parket-generaal bij het hof van beroep van Brussel meldt vandaag dat Francine DE TANDT, voorzitster van de rechtbank van koophandel van Brussel deze donderdag 28 januari 2010 in verdenking  gesteld werd voor valsheid in geschriften, gebruik van valsheid en schending van het beroepsgeheim…

Eind augustus 2009 werd een gerechtelijk onderzoek opgestart tegen Francine DE TANDT op basis van verdenking wegens corruptie en van valsheid in geschriften ; de rechter werd van haar functies ontzet alvorens in november opnieuw toegelaten te worden om haar functie uit te oefenen.

Het onderzoek werd opgestart op vraag van de minister van Justitie, Stefaan DE CLERCK : Francine DE TANDT zou te enge contacten onderhouden hebben met zakenlieden en hun advocaten.

Francine DE TANDT was en indrukwekkende* figuur, maar dat waren enkel uiterlijkheden : haar beperkte intelligentie en haar verlangen om in de gunst te vallen van de machtigen was sinds de jaren ’90 al waarneembaar in haar vonnissen .

Maar wat komt rechter DE TANDT doen op een website die geweid is aan RDB en aan de verdediging DGEC ?

Zij vereenzelvigt voortaan het hatelijkste in de ogen van rechtzoekenden en hun verdedigers : valse rechtspraak !

In een wereld die geregeerd wordt door geld, is het beroep van rechter ondankbaar, en soms wordt de verleiding te groot : de val van Francine DE TANDT toont aan tot op welk punt het belangrijk is om structurele mechanismen in te stellen die de onpartijdigheid van het gerecht vrijwaren.

Dit is de gelegenheid om eraan te herinneren dat de geneesheren en de tandartsen die zetelen in de administratieve rechtscolleges van het RIZIV ten titel van vertegenwoordigers van de syndicale organisaties hun mandaat zo goed als gratis uitvoeren.

Hun rol is natuurlijk niet om de geneesheren of tandartsen te « beschermen » (en nog minder de leden van hun syndicaat) tegen vervolging van de DGEC, maar wel de onpartijdigheid** te vrijwaren van het rechtscollege tot het welke ze toebehoren, hetgeen iets heel anders is.

Of ze nu Yves DELFORGE (GBO), Bernadette GERMAIN (ABSyM-GBS) of Michel DEVRIESE (SMD) heten, ze vervullen hun rol bewonderenswaardig*** !
_______________
* Ten minste fysiek…
** Deze onpartijdigheid is niet vanzelfsprekend : werden deze rechtscolleges niet ingesteld om de belangen van het RIZIV te vrijwaren ?
*** Wij hebben elders in deze News de aantrekkingskracht van de publieke macht ter sprake gebracht die men bijna fysiek kan voelen in de lokalen van het RIZIV – en in het bijzonder op de 8ste verdieping : het behoeft van wilskracht om er niet aan ten prooi te vallen !

No Comments »

Radioloog vrijgesproken : de DGEC tekent geen beroep aan tegen de beslissing van de KEA

22/01/2010 by admin

Men zal zich herinneren (zie onze News van 20/11/2009 Over de onpartijdigheid van de rechtscolleges van het RIZIV en van 18/12/2009 Vrijspraak !) aan de zaak, waar de DGEC zich tegenover een jonge radioloog stelde die verdedigd werd door Dr BOURGUIGNON.

Na een bijzonder bewogen hoorzitting heeft de KEI deze collega vrijgesproken : de tenlastelegging geformuleerd door de Dienst werd als niet bewezen en de klacht als zijnde niet gegrond geacht !

De termijn om in hoger beroep te gaan is verstreken zonder dat de DGEC beroep heeft aangetekend tegen de beslissing van de KEI, waardoor deze heden definitief is geworden, en de DGEC zal deze geanonimiseerd op de website van het RIZIV moeten publiceren*, in het gedeelte gewijd aan de rechtspraak van de administratieve rechtscolleges.

We vernemen dat deze zaak de DGEC diep getraumatiseerd heeft : de dubbelzinnigheid van zijn processen-verbaal van vaststelling (PVvVaststelling) is hiermee opgeheven.

Inderdaad, de wet van 1972 over de arbeidsinspectie en artikel 169 van de GVU wet kennen bijzondere bewijskracht toe aan de processen verbaal van vaststelling van de inspecteurs van de DGEC : deze PVvVaststelling « zijn bewijskrachtig behoudens tegenbewijs », net als bijvoorbeeld de processen-verbaal van politieagenten inzake weggebruik.

Echter, deze bijzondere bewijskracht is enkel gebonden aan de persoonlijke materiële vaststellingen** van de inspecteurs, en niet aan de juridische afleidingen die ze er uit trekken, noch aan hun theorieën – hierbij « tenlasteleggingen » genoemd : indiciën of overwegingen kunnen materiële feiten niet vervangen.

Men bevond zich dus reeds geruime tijd in een situatie – die trouwens fel door de VBS aangeklaagd werd – waarin de DGEC in zijn PVvVaststelling materiële vaststellingen en juridische overwegingen of hypothetische feiten doorheen haalde om achteraf, voor de rechtscolleges, de bijzondere bewijskracht in te roepen met betrekking tot alles !

Deze situatie was uitermate funest, vermits ze de DGEC toeliet om abusievelijk de bewijslast om te keren.

Het volstond inderdaad dat de DGEC verbaliseerde op basis van een eenvoudige thesis, « tenlastelegging » gedoopt (en niet persoonlijk door de inspecteur vastgestelde materiële feiten) om de zorgverstrekker aan te zetten om zijn onschuld te bewijzen – een eerder moeizame taak !

In de zaak die het voorwerp maakt van dit News, heeft de inspecteur – Dr Marc DEMARET – geen materiële feiten aangekaart die behoorlijk door hem werden vastgesteld : zijn PVvVaststelling was enkel een thesis – hetgeen de DGEC trouwens genoodzaakt was toe te geven in zijn conclusies.

Het werk van de verdediging van de radioloog bestond er dus uit om het tegenbewijs aan te voeren voor de beschreven feiten door Dr DEMARET via getuigenissen, getuigschriften van Universiteitsprofessoren… en zelfs een vaststelling door een deurwaarder die aantoonde dat de inspecteur « vergeten » was om een lokaal aan te geven op zijn grondplan !
__________
* Het gaat om een wettelijke verplichting, wiens bedoeling eigenlijk diende de fraudeurs af te schrikken : De beslissingen van de Leidend ambtenaar of van de door hem aangewezen ambtenaar, de Kamers van eerste aanleg en van de Kamers van beroep, behalve in tuchtmaatregelen zoals bedoeld in artikel 155, worden anoniem gepubliceerd op het internetadres van het RIZIV (Art. 157 §3 van de ZIV wet).
** Zie in dat verband tevens het arrest van het Hof van Cassatie van 17 april 1998 (inzake fiscaliteit, maar het principe geldt tevens in andere domeinen).

No Comments »

Zit er een mol bij de DGEC ?

17/01/2010 by admin

De DGEC begint stilaan op een zoologische tuin te lijken : na de raaf, bevinden we ons nu in de aanwezigheid van een mol ?

Een welwillende mol welteverstaan, omdat een tandarts uit de zuidelijke rand van Brussel verrast werd door in zijn brievenbus… een fotokopie van een fax te vinden die de DGEC eind december 2009 over hem verstuurd heeft !

In deze fax van twee pagina’s, eist Dr Wim BAILLEUL, geneesheer-directeur van de DGEC Brussel-Waals Brabant, van de VI een reeks originele GVVH uitgeschreven door de tandarts.

Zoals men pleegt te zeggen : « een verwittigd man is er twee waard » !

Het is moeilijk te bepalen op exact welk niveau het « lek » zich bevindt – en het is zeker niet SECURIMED die dergelijk speurwerk zal verrichten -, maar de vraag is te weten of deze welwillende mol de zorgverstrekkers, die het voorwerp uitmaken van een onderzoek door de DGEC, zal blijven informeren…

De wet van 7 april 2005 ter bescherming van de journalistieke bronnen vindt hier zijn volle toepassing.

No Comments »

Komt er binnenkort een Belgische Vereniging van Sociale Tandartsen ?

17/01/2010 by admin

SECURIMED heeft uit goede bron vernomen dat binnenkort een Vereniging ter promotie en verdediging van de sociale tandheelkunde* het daglicht zal zien.

De naam zal waarschijnlijk als volgt luiden : “Belgische Vereniging van Sociale Tandartsen – Association des Dentistes Sociaux de Belgique », hetzij afgekort ADSBVST.

Daar waar de representatieve organisaties enkel zorgverstrekkers groeperen die bij één taalrol horen, zien we dat deze nieuwe Vereniging op nationaal vlak actief zal zijn**.

De ADSBVST zal in eerste instantie de grote Belgische tandheelkundige centra groeperen, om zich nadien uit te breiden naar de praktijken met één of twee tandartsen die een tandheelkunde wensen te beoefenen die bereikbaar is voor het groot publiek.

Zijn actieradius zal natuurlijk politiek en syndicaal zijn : de collectieve verdediging van de belangen van sociale tandartsen bestaat er in essentie uit om het derdebetaler stelsel te rehabiliteren, waarbij eraan dient herinnerd te worden, dat deze regeling bij wet is voorzien.

Aldus, zal een van de eerste doelen van de toekomstige ADSBVST eruit bestaan om een label « sociale tandheelkunde » aan zijn leden toe te kennen die hen zal toelaten om de quota’s van 75 en 5% opgelegd door Laurette ONKELINX (KB van 9.2.09) te overschrijden, alsook om het gebruik van de OIFNS te verduidelijken.

De actie van de nieuwe Vereniging zal zich tevens uitoefenen op gebied van individuele verdediging van elke aangesloten tandarts ten aanzien van de Controledienst van het RIZIV, de Commissie ad hoc ter controle op gebruik van RDB… en zelfs, in bepaalde gevallen, ten aanzien van de Verzekeringsinstellingen.

Een andere rol van de ADSBVST zal eruit bestaan om de komst van Europese tandartsen in ons land te vergemakkelijken, door hen snel de gelijkwaardigheid van hun diploma en een NIC nummer helpen te bekomen.

Bovendien zal deze groepering van economische actoren toestaan dat interessante kortingen bedongen kunnen worden bij de dentale depots.

De Vereniging zal over een eigen webstek beschikken en zal zijn leden elektronische informatieve Newsletters laten toekomen.

Op termijn wordt een officiële erkenning beoogt van de sociale tandheelkunde en haar vertegenwoordiging in de diverse commissies van het RIZIV.

De zetel van de ADSBVST zal zich in Brussel bevinden en de jaarlijkse bijdrage zal verschuldigd zijn per aangesloten tandarts.

SECURIMED heeft lucht gekregen van de naam van de toekomstige coördinator van de Vereniging : het gaat om een gekende, zeer achtenswaardige tandarts, perfect tweetalig, zeer competent in RIZIV reglementering en in de verdediging van zijn collega’s.

Hij verenigt een ruime ervaring in sociale praktijkvoering met grote menselijke kwaliteiten en heeft een uitgesproken zin voor politieke onderhandeling.
______________
* De sociale tandarts verstrekt zonder te discrimineren aan al zijn patiënten – zelfs de meest achtergestelden – kwaliteitstandheelkunde met eerbied van het officieel RIZIV tarief en gebruik makend van het RDB stelsel in de gevallen voorzien door de reglementering (KB van 10.10.86) : en dat is niet meer of minder dan een instrument van de Staat…
** De sociale tandheelkundige praktijk overstijgt intrinsiek alle nationaliteiten en culturen ; bovendien, zich beperken tot een enkele taal – en bijgevolg één gemeenschap – zou een betreurenswaardige inperking impliceren van informatie en van de actieradius van de ADSBVST.

No Comments »

De terugkeer van de Zwarte Raaf

13/01/2010 by admin

In ons News van 7 januari 2010 getiteld Zou de DGEC de wet van 1972 overtreden hebben ? brachten we verslag uit, dat de DGEC – in overtreding met art. 11 en 12 van de wet van 1972 op de arbeidsinspectie – de integraliteit heeft voorgelegd van een brief die een radioloog op 3 aug 2009 had geschreven aan Dr Bernard HEPP in persoon, en in dewelke hij een tandheelkundig centrum aanklaagde.

Heden wensen we onze aandacht te vestigen op de inhoud van deze brief, zozeer dat deze de mentaliteit ontmaskert die bij de DGEC van Antwerpen heerst .

De radioloog schrijft namelijk aan Dr HEPP :

Geachte dokter, geachte collega

Ik heb ondertussen contact opgenomen met het VVT (Vlaamse Vereniging der Tandartsen) alsook met het RIZIV (provinciale dienst te Antwerpen), die mij beiden melden dat [het tandheelkundig centrum] ‘gekend’ is, er reeds verschillende klachten zijn, en dat het parket van Brussel momenteel een onderzoek voert. Men raadt mij aan, en vraagt me zelfs ten stelligste dit schrijven naar u te richten, met een kopie aan de procureur des konings te Antwerpen.

Bij deze hoop ik dan ook dat deze zaak verder onderzocht worden, zoals eventuele fraude … kan aangepakt worden.

De provinciale dienst van de DGEC Antwerpen moedigt dus personen die anoniem bellen aan, om klacht neer te leggen, en dat middels het inroepen van doldwaze voorwendsels.

In dit geval is er natuurlijk geen onderzoek door het « parket van Brussel » met betrekking tot een tandheelkundig centrum dat zich bevindt op het grondgebied van… Antwerpen !

En trouwens, indien een dergelijk onderzoek aan de gang was zou de DGEC zijn gesprekspartner gevraagd hebben om naar de procureur des konings van Brussel te schrijven en niet van Antwerpen.

Aangaande de « verschillende [reeds neergelegde] klachten » is men geneigd te denken dat de DGEC van Antwerpen ze niet zeer overtuigend vond, vermits geen enkele ervan ter kennis werd gebracht van het tandheelkundig centrum.

Maar, dit allemaal laat toe om een sfeer van verlinking te creëren, die een film van Henri-Georges Clouzot waardig is, met name Le Corbeau van 1943…

No Comments »

Hoe een DGEC inspecteur valse PV van verhoor fabriceerde

10/01/2010 by admin

De documenten gepresenteerd in het kader van dit News tonen hoe een geneesheer-inspecteur (GI) van de DGEC tewerkging om valse processen-verbaal van verhoor (PVVerhoor) van patiënten te fabriceren.

Zijn bijzonder subtiele modus operandi vertoonde de volgende stappen :

a) De GI begaf zich naar het thuis- of werkadres van de patiënt met een deel van de PVVerhoor reeds afgedrukt vanaf zijn PC (hetgeen gebruikelijk is… voor de DGEC tenminste) ;

Aldus beschikte hij over twee voorgedrukte bladen papier, waarvan geen enkele bladzijde genummerd was, noch op dat ogenblik – de feiten speelden zich af op 26 januari 2007 – noch later.

Zoals we zullen zien, was het volledig ontbreken van nummering der bladzijden – een werkelijke ketterij in het geval van een officieel proces-verbaal* ! – een vereiste om zijn techniek te laten slagen.

Van de twee bladen voorgedrukt papier :

– droeg het eerste het RIZIV-logo en de identificatie van de getuige op één zijde, met zekerheid de voorkant, en een stukje voorgedrukte tekst bovenaan, op de andere zijde ;

– droeg het tweede op één zijde de rituele slotformules (« Gelezen, volhardt en tekent, enz ») en werd normaal gesproken verondersteld de PVVerhoor af te sluiten ;

b) hij noteerde – met de hand – de verklaringen van de patiënt (in dit geval, een patiënte, Beyene M. die in een school werkte), nadien vroeg hij haar te tekenen op het einde van de tekst, en tekende zelf ook ;

c) dan nam hij het ander blad voorgedrukt papier, met daarop de gebruikelijke slotformules, en tekende opnieuw samen met de patiënt ;

d) eens dat hij de patiënt verlaten had, schreef hij zelf, op de verso van het tweede voorgedrukte blad papier, een zogezegd aanvullende verklaring, die hij dit maal alleen ondertekende ;

e) hierna volstond het om het laatste blad papier om te draaien om het in een recto te veranderen, en alles weer aaneen te nieten opdat de zogezegd aanvullende verklaring zich tussen de fasen b) en c) hierboven, van de tekst zou voegen, en opdat het geheel een doorlopende tekst zou vormen ;

f) nadien werd het PVVerhoor uitgetypt – zonder de handtekeningen** -, en vanop dat ogenblik was het bedrog niet meer detecteerbaar ;

De tekst die de inspecteur had toegevoegd tijdens fase d) was vanzelfsprekend belastend voor de zorgverstrekker : in het voorbeeld hieronder en downloadbaar in pdf, heeft de patiënte zogezegd « verklaard », dat de tandarts noch de radiografieën, noch de verzorging gerealiseerd zou hebben.

g) tenslotte, bleef er aan de geneesheer-inspecteur niets anders te doen dan proces-verbaal op te stellen van vaststelling van inbreuk (PVVaststelling) voor niet gerealiseerde verstrekkingen…

Enig probleem : de GI had de voorzorg genomen om zijn pagina’s niet te nummeren, maar vermits de twee bladen papier aaneengeniet waren, moest hij ze losmaken om het laatste te kunnen omdraaien.

Daarom vertoont het laatste blad papier langs weerszijden nietsjesperforaties*** : bovenaan links, hetgeen normaal is… en bovenaan rechts, wat al veel minder normaal is !

Bovendien heeft de patiënte, Mevr. Beyene M., in een brief van 7 september 2007, schriftelijk aan de tandarts bevestigd, dat de geattesteerde zorgen tussen 30 november en 5 december 2006 werkelijk gerealiseerd waren.

Haar brief was zeer accuraat : de patiënte beschrijft er de devitalisatie van haar zes tanden, de restauratie van de respectievelijke kronen met behulp van composiet, alsook de vier intra-orale radiografieën die genomen werden.

Deze laatste – duidelijk de behandeling en vulling van de wortelkanalen vertonend – komen trouwens voor in het tandheelkundig dossier van de patiënte, QED.

BELANGRIJKE NOTA : SECURIMED verdedigt de zorgverstrekkers tegen een Controledienst die van de Staat afhangt en aan wie de wet uitzonderlijke macht heeft verleend in een democratie, zoals de rechtstreekse toegang tot de intiemste gegevens van elke burger. Een dergelijke Dienst moet bekritiseerbaar zijn door de pers, in het belang van de zorgverstrekker en van het publiek. SECURIMED onthoudt zich echter ervan, conform haar huiseigen regels, om persoonlijk de agenten van de Dienst de schuld te geven, van wie verondersteld wordt, tot bewijs van het tegendeel, dat ze in overleg met hun werkgever handelen.
_______________
* Wanneer hij het proces-verbaal voor akkoord ondertekent, weet de getuige dus niet hoeveel pagina’s hij goedkeurt, noch in welke volgorde : dit is nauwelijks te geloven !
** Behalve natuurlijk zijn eigen, « Voor eensluidend afschrift ».
*** Het eerste blad vertoonde nietjesperforaties langs één kant alleen – de juiste…

Download : Stukken.pdf

No Comments »

Heeft de DGEC de wet van 1972 overtreden ?

07/01/2010 by admin

Artikel 169 van de GVU wet bepaalt :

Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie, maken de in het artikel 146 bedoelde geneesheren-inspecteurs, apothekers-inspecteurs, verpleegkundigen- controleurs, en de sociaal controleurs, de in artikel 162 bedoelde sociaal inspecteur en sociaal controleurs, alsmede de inspecteurs en de adjunct-inspecteurs van de sociale inspectie van het Ministerie van Sociale voorzorg die naar aanleiding van hun controleopdracht een overtreding van de wets- of verordeningsbepalingen betreffende de verzekering voor geneeskundige verzorging of de uitkeringsverzekering vaststellen, processen-verbaal op die bewijskrachtig zijn behoudens tegenbewijs. De inspecteurs en de adjunct-inspecteurs van voornoemde sociale inspectie zijn enkel bevoegd om de in artikel 120 bedoelde overtredingen vast te stellen. [De geneesheren-inspecteurs, apothekers-inspecteurs en verpleegkundigen-controleurs geven kennis van hun processen-verbaal van vaststelling aan de overtreder en waar nodig, aan de natuurlijke of rechtspersoon, bedoeld in artikel 164, tweede lid.]

Deze ambtenaren oefenen dit toezicht uit overeenkomstig de bepalingen van de wet van 16 november 1972 betreffende de arbeidsinspectie.

Echter, de wet van 1972 op de arbeidsinspectie legt aan de sociale inspecteurs – en dus aan de geneesheer-inspecteurs van de DGEC – een algemene verplichting van vertrouwelijkheid op (art.11) en verbiedt hen formeel om de indentiteit van de persoon die feiten heeft aangegeven welke onder hun bevoegdheid vallen bekend te maken (art.12).

Art. 11. De sociale inspecteurs moeten de nodige maatregelen nemen om het vertrouwelijk karakter te respecteren van de sociale gegevens van persoonlijke aard waarvan ze kennis hebben gekregen in de uitoefening van hun opdracht en om te verzekeren dat deze gegevens uitsluitend worden aangewend voor de uitoefening van hun toezichtsopdracht.

Art. 12. Behoudens uitdrukkelijke machtiging van de indiener van een klacht of van een aangifte betreffende een overtreding van de bepalingen van de wetgevingen waarop zij toezicht uitoefenen, mogen de sociale inspecteurs in geen enkel geval, zelfs niet vóór de rechtbanken, de naam van de indiener van deze klacht of van deze aangifte bekend maken.

Het is hun eveneens verboden aan de werkgever of aan zijn vertegenwoordiger te onthullen dat ingevolge een klacht of een aangifte een onderzoek

De bedoeling van deze laatste bepaling is natuurlijk te vermijden dat een loontrekkende geremd zou zijn om een onregelmatigheid binnen de onderneming aan te geven uit angst gesanctioneerd of zelfs ontslagen te worden door zijn werkgever.

Men merke op dat het hierbovengenoemde verbod zelfs bij de rechtbank geldt, zozeer dat de wetgever de auteur van een dergelijke klacht wilde beschermen !

Echter, wat doet de DGEC ?

In een rechtszaak heeft hij zo maar eventjes in extenso de klacht van een geneesheer radioloog – perfect identificeerbaar – gevoegd, tegen een tandarts, met name een brief van twee pagina’s gericht aan Dr Bernard HEPP persoonlijk, en waarop duidelijk de naam en voornaam alsook het adres van de geneesheer te lezen zijn !

Geen enkele toelating van de auteur van de klacht figureert in het repressief dossier*

Bovendien, de betroffen brief is zonder rechtstreeks** verband met de zaak : de DGEC wenst enkel aan te tonen dat de tandarts in kwestie « verdacht » zou zijn… terwijl hij zelf – nochtans de bevoegde dienst in deze materie – geen enkel onderzoek heeft opgestart !

Erger nog : in zijn brief aan Dr HEPP, schrijft de radioloog dat hij getelefoneerd heeft met de provinciale dienst van de DGEC, die hem – aan de telefoon – een serie negatieve inlichtingen over de tandarts gegeven heeft !

Zou de DGEC een inlichtingenkantoor geworden zijn ? Zal hij het toelaten dat vogels van diverse pluimage er hun toxische informatie komen oppikken, die ze naderhand in hun klachten aan Dr HEPP herinjecteren ?

Bevinden wij ons nog in een Rechtstaat ?
____________
* Inderdaad, het handelt zich niet eens om een RIZIV dossier : het is de tandarts die strafrechterlijke klacht heeft neergelegd tegen een inspecteur van de DGEC voor valsheid in publieke geschrifte (sic).
** De radioloog verklaart in zijn brief dat een van zijn « vrienden » hem zou hebben verteld, enz… De – naar alle waarschijnlijkheid illegale – voorlegging van een dergelijk erbarmelijk document wijst duidelijk de ontreddering aan bij de DGEC !

No Comments »

De ene amalgamator is de andere niet…

07/01/2010 by admin

Tijdens zijn verhoor in februari 2008 heeft de DGEC aan een tandarts, die zeer bedreven is met composieten, gevraagd of hij in het bezit was van een amalgamator…

De tandarts heeft, allereerlijkst, geantwoord dat hij er geen had, hetgeen de DGEC toeliet om bij wijze van PVVaststelling en nadien synthesenota, al zijn amalgaamvullingen te betwisten.

Er dient te worden opgemerkt dat de DGEC niet materieel het ontbreken van een amalgamator had vastgesteld, en zich uitsluitend had beroepen op de verklaringen van de tandarts.

De KEI volgde deze redenering (de tandarts had noch conclusies noch stukken neergelegd) en heeft hem, niet tegenstaande zijn ontkenningen, op 12 november 2009 veroordeeld met de volgende precisering :

« S’agissant de même de son affirmation selon laquelle il n’a pas été matériellement constaté qu’il n’avait pas d’amalgamateur, outre qu’elle est en contradiction avec ses propres déclarations, elle pourrait être aisément confirmée, s’il avait ou utilisait un amalgamateur, par le dépôt de factures d’achats d’un tel appareil ou de fournitures, ce qui n’est pas le cas. »

In zijn verzoekschrift van hoger beroep, heeft de tandarts de zaken verduidelijkt :

« En ce qui concerne les amalgames et l’amalgamateur, il est exact que le requérant ne dispose pas d’un amalgamateur classique, mais il possède un appareil multi-fonctions « VOCOMIX » lui permettant entre autres de réaliser des amalgames dans les cas où la pose de composite est contre-indiquée (sécheresse du champ non garantie, etc.). »

… en voegde als bewijs een getuigschrift van aankoop daaraan toe, komende van een dental depot:

« Suite à votre demande de ce mois de décembre 2009, nous confirmons l’envoi d’un VOCOMIX gratuit en 2006, par rapport à une promotion du fabricant VOCO. »

« Un VOCOMIX (appareil servant au mélange de tous types de produits conditionnés en capsules pré-dosées, ionomère de verre, ciments de scellement, amalgame, etc) gratuit à l’achat de 5 boîtes d’IONOFIL MOLAR à 89 € HTVA. »

Een “VOCOMIX” is dus geen amalgamator, maar een toestel dat onder meer amalgamen kan realiseren*…

Is het beste bewijs van onschuld van de tandarts niet te vinden in de naïviteit van zijn antwoord, noch listig noch berekenend ?

Daarom deze raad : als u ondervraagd wordt door de DGEC, denk dan altijd aan de juridische gevolgen van uw verklaringen, druk u nooit uit in algemene termen en wees op uw hoede voor dubbelzinnige antwoorden.

En vooral, wees ervan bewust dat inzake DGEC controle de realiteit op « papier » of « op het papier » primeert op de materiele werkelijkheid (men zou bijna willen schrijven : « op de reële realiteit »…)!
_____________
* De gepredoseerde amalgaamcapsule bestaat uit twee compartimenten : kwik en legering. Vroeger diende men de capsule te activeren door deze in te drukken om de scheidingswand tussen de twee compartimenten te breken ; eens de twee componenten met elkaar in contact, klemde men de geactiveerde capsule in de vork van de menger en duwde men op « Start ». Vandaag gebeurt de activatie automatisch tijdens de trituratie. De gepredoseerde capsules zijn te verkrijgen in drie volumes met dezelfde proporties van kwik en legering en de hardingstijd varieert tussen « Slow », « Regular » en « Fast ». Anderzijds, bestaat de klassieke amalgamator uit twee afzonderlijke compartimenten en laat toe om zowel de dosering van kwik en legering te « personaliseren » – en dus zowel hun proporties als het gegenereerde volume « vulling »-, alsook de mengtijd.

Download : Getuigschrift Vocomix.pdf

No Comments »

Algemene voorwaarden internet nauwelijks gelezen

06/01/2010 by admin

(Belga) Uit een onderzoek van de Orde van Vlaamse Balies (OVB) blijkt dat 73 % van de Vlamingen de algemene voorwaarden op het internet niet leest.

De Orde van Vlaamse Balies had eind december een digitale kerstkaart gestuurd via de website santamatic.be, waar de bestemmelingen zelf de mogelijkheid kregen om een foto te uploaden en daarmee zelf digitale wenskaarten te versturen naar familie en vrienden. In de algemene voorwaarden stonden echter een aantal specifieke voorwaarden vermeld, waarbij de gebruiker zich akkoord verklaarde met een aantal bizarre vereisten, zoals bereid te zijn om buitenwipper te worden in een hardrockcafé en een heel leven lang groentensoep te maken. In totaal maakten 24.244 mensen een kerstkaart aan, maar slechts 27 % bleek de algemene voorwaarden gelezen te hebben. De Orde van Vlaamse Balies benadrukt dat een online overeenkomst ook een wettelijke overeenkomst is, die nauwgezet moet worden nagelezen.

No Comments »

« Previous Entries