Securimed derde betaler
  • Eerste tariferingsdienst van derde-betaler voor geneesheer-specialisten en tandartsen
  • Nazicht van de verzekerbaarheid van patiënten
  • Juridische bijstand in geval van vervolging door de DGEC (Dienst voor Geneeskundige Controle van het RIZIV)
  • Opvolging van betalingen door de VI

Vragen betreffende de verstrekking 249255 « Oogbiometrie »

17/06/2014 by Dr R. BOURGUIGNON

VRAAG :

Ik wens meerdere vragen te stellen betreffende de oogheelkundige verstrekking 249255 « Oogbiometrie » :

a) Kan deze verstrekking voor elk oog geattesteerd worden ?

b) Als deze verstrekking maar een enkele keer in rekening gebracht werd ter gelegenheid van een preoperatieve oppuntstelling van het eerste oog – bijvoorbeeld het rechter – en dat men dankzij de IOL MASTER de biometrie van beide ogen heeft kunnen uitvoeren, dan is het niet meer nodig om een meting van het linker oog te maken…

Echter, als ik de zelfde verstrekking voor het tweede oog wens te attesteren, wat naar mijn weten toegestaan is, dan ben ik genoodzaakt de IOL MASTER (die de gegevens betreffende het tweede oog reeds bevat…) weer aan te zetten, tenzij ik de verstrekking 249255 voor het tweede oog mag attesteren ter gelegenheid van een gewone raadpleging, zijnde de « post-op van het eerste oog » en de « pre-op van het tweede oog », zonder effectief de meting diezelfde dag te herhalen ? Hoe dan ook, de 249255 wordt dus maar een enkele keer in rekening gebracht voor elk oog. Quid ?

c) Als een patiënt een jaar geleden genoten heeft van de verstrekking 249255 in het kader van het preoperatief bilan, en dat hij vervolgens de operatie om eender welke reden geannuleerd heeft, mag ik dan vandaag de verstrekking voor het zelfde oog reattesteren ?

Wat is de minimum termijn om te mogen reattesteren bij patiënten voor wie een operatie van het cataract voorzien was, die vervolgens maanden wegblijven en tenslotte weer opduiken om opnieuw de operatie voor te bereiden ?

Ik dank u

ANTWOORD (van het RIZIV) :

a) De verstrekking

249255 249266 Oogbiometrie en berekening van de sterkte van een intra-oculair implantaat, met het oog op een heelkundige ingreep, met inbegrip van monodimensionele echografie en keratometrie, met document en protocol N125

Is opgenomen onder titel II. – Niet-heelkundige verstrekkingen, 2° Diagnostische handelingen.

Voor deze verstrekkingen bepaalt het artikel 14 h § 2 als volgt :

§ 2. 1°De verstrekkingen die zijn bepaald in titel II, 2° « Diagnostische behandelingen » beogen onderzoeken « per zitting », d.w.z. onderzoeken van één of van beide ogen.

Deze verstrekking mag dus niet in rekening gebracht worden « per oog ».

b) Indien de meting nog « redelijkerwijs » bruikbaar is – en bijgevolg het heronderzoek overbodig -, mag men het niet een tweede keer in rekening brengen ter gelegenheid van een preoperatieve oppuntstelling van het ander oog.

Het behelst hier inderdaad een schoolvoorbeeld van de toepassing van artikel 70 § 1 van de GVU wet :

Art. 73. § 1. De geneesheer en de tandheelkundige oordelen in geweten en in volle vrijheid over de aan de patiënten te verlenen verzorging. Zij zullen erop toezien dat zij toegewijde en bekwame geneeskundige verzorging verstrekken in het belang van de patiënt met respect voor de rechten van de patiënt en rekening houdend met de door de gemeenschap ter beschikking gestelde globale middelen.

Zij onthouden zich van overbodige of onnodig dure verstrekkingen voor te schrijven, uit te voeren of te laten uitvoeren ten laste van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen.

c) Dezelfde redenering geldt voor Uw derde vraag die handelt over de « termijn » betreffende een uit het oog verloren patiënt.

Leave a Comment

Please note: Comment moderation is enabled and may delay your comment. There is no need to resubmit your comment.